Uitspraak
17.1777 PW
7 februari 2017, 16/5277 (aangevallen uitspraak)
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 18 december 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam. De appellant had op 17 februari 2016 een aanvraag om bijstand ingevolge de Participatiewet (PW) ingediend. Het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam had de bijstandsverlening met toepassing van de kostendelersnorm goedgekeurd, waarbij de appellant slechts 50% van het wettelijk minimumloon ontving. De appellant was van mening dat de kostendelersnorm onterecht was toegepast, omdat hij een commerciële huurprijs van € 307,03 per maand zou betalen, wat volgens hem zou moeten leiden tot een hogere bijstandsverlening.
De rechtbank had in de eerdere uitspraak geoordeeld dat de huurprijs van € 250,- die de appellant en zijn huisgenoot [X] waren overeengekomen, geen commerciële huurprijs was. De appellant had in hoger beroep aangevoerd dat er een aanpassing op de huurovereenkomst had plaatsgevonden, waardoor de huurprijs met terugwerkende kracht was verhoogd. De Raad heeft echter geoordeeld dat de gronden die de appellant in hoger beroep aanvoerde, een herhaling waren van wat eerder in beroep was aangevoerd. De Raad kon zich volledig vinden in het oordeel van de rechtbank en de overwegingen die in de eerdere uitspraak waren weergegeven.
Uiteindelijk heeft de Centrale Raad van Beroep de aangevallen uitspraak bevestigd en geoordeeld dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met M. Hillen als voorzitter, en de leden A. Stehouwer en E.C.R. Schut, in aanwezigheid van griffier C.A.E. Bon.