ECLI:NL:CRVB:2018:3390
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor medische kosten, kleding, schoeisel en woonkosten
Op 30 oktober 2018 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak van appellante tegen het college van burgemeester en wethouders van Breda. Appellante had een aanvraag ingediend voor bijzondere bijstand voor kosten van kleding, schoeisel, medicatie en woonkosten. De aanvraag werd afgewezen omdat de Zorgverzekeringswet (Zvw) als voorliggende voorziening werd beschouwd voor de kosten van medicatie. Voor de kosten van kleding en schoeisel was er geen sprake van bijzondere omstandigheden die een afwijzing konden rechtvaardigen. Ook voor de woonkosten kon appellante niet aantonen dat er bijzondere omstandigheden waren die recht gaven op bijstand. De rechtbank Zeeland-West-Brabant had eerder de afwijzing van het college bevestigd, en in hoger beroep werd deze uitspraak door de Centrale Raad van Beroep bekrachtigd. De Raad oordeelde dat appellante niet had aangetoond dat de kosten voor kleding en schoeisel noodzakelijk waren en dat zij niet had voldaan aan de verplichtingen om naar goedkopere woonruimte te zoeken. De Raad concludeerde dat er geen grond was voor een veroordeling tot schadevergoeding en dat de proceskosten niet vergoed dienden te worden.