ECLI:NL:CRVB:2018:2888
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing partnertoeslag AOW wegens huwelijk na 1 januari 2015
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 6 september 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Amsterdam. De appellant, geboren in 1938, had een aanvraag ingediend voor een partnertoeslag op zijn AOW, na zijn huwelijk op 24 februari 2016. De Sociale Verzekeringsbank (Svb) had deze aanvraag afgewezen, omdat het huwelijk na de deadline van 1 januari 2015 was voltrokken. De rechtbank had het beroep van de appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, wat de Centrale Raad nu bevestigt.
De appellant stelde dat hij recht had op de toeslag, omdat zijn echtgenote jonger is dan 65 jaar en geen eigen inkomen heeft. Hij zelf ontvangt alleen AOW en heeft medische problemen. De Svb verdedigde de afwijzing van de aanvraag en stelde dat de wet duidelijk is: na 1 januari 2015 ontstaat er geen recht op toeslag meer bij wijziging van de leefvorm. De Centrale Raad oordeelt dat de appellant niet voldoet aan de voorwaarden voor de partnertoeslag, omdat zijn huwelijk pas na de gestelde datum is gesloten. De persoonlijke omstandigheden van de appellant, zoals zijn leeftijd en financiële situatie, kunnen niet leiden tot een ander oordeel.
De uitspraak bevestigt dat de wetgeving rondom de AOW-partnertoeslag strikt is en dat de datum van huwelijk cruciaal is voor het recht op toeslag. De Centrale Raad concludeert dat de rechtbank terecht het beroep ongegrond heeft verklaard en dat er geen aanleiding is voor een veroordeling in de proceskosten. De beslissing is openbaar uitgesproken en vastgelegd in een proces-verbaal.