ECLI:NL:CRVB:2018:2310

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
10 juli 2018
Publicatiedatum
30 juli 2018
Zaaknummer
17/2252 PW-PV
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toepassing van de kostendelersnorm in de Participatiewet en de rechtszekerheid

Op 10 juli 2018 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Noord-Nederland van 2 maart 2017. De zaak betreft de toepassing van de kostendelersnorm in de Participatiewet en de bezwaarprocedure die hieraan voorafging. Appellante, vertegenwoordigd door mr. F. Bakker, heeft in hoger beroep gronden aangevoerd die betrekking hebben op de zorgvuldigheid van het onderzoek naar de kostendelersnorm en de bezwaarprocedure. Daarnaast heeft zij aangevoerd dat er strijd is met artikel 1 van het Eerste Protocol bij het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, alsook met het rechtszekerheidsbeginsel.

De Centrale Raad van Beroep heeft de aangevallen uitspraak van de rechtbank bevestigd. De Raad oordeelt dat de rechtbank gemotiveerd is ingegaan op de gronden die appellante heeft aangevoerd en dat appellante geen nieuwe redenen heeft aangedragen die de eerdere gemotiveerde weerlegging van de rechtbank onjuist of onvolledig maken. De Raad kan zich volledig vinden in het oordeel van de rechtbank en de overwegingen waarop dat oordeel is gebaseerd. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.

Deze uitspraak is openbaar uitgesproken en is gedocumenteerd door de griffier S.H.H. Slaats, met de handtekening van W.H. Bel als lid van de enkelvoudige kamer.

Uitspraak

17.2252 PW-PV

Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 2 maart 2017, 15/4161 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellante] te [woonplaats] (appellante)
het college van burgemeester en wethouders van Oldambt (college)
Datum uitspraak: 10 juli 2018
Zitting heeft: W.H. Bel als lid van de enkelvoudige kamer.
Griffier: S.H.H. Slaats
Namens appellante is verschenen mr. F. Bakker, advocaat. Het college heeft zich laten vertegenwoordigen door H. van der Veen.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze beslissing is uitgesproken in het openbaar. Zij is gebaseerd op de volgende overwegingen:
In hoger beroep tegen de aangevallen uitspraak (ECLI:NL:RBNNE:2017:671) heeft appellante gronden aangevoerd over de zorgvuldigheid van het onderzoek naar de toepassing in haar geval van de kostendelersnorm in de Participatiewet en van de bezwaarprocedure, over strijd met artikel 1 van het Eerste Protocol bij het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en over strijd met het rechtszekerheidsbeginsel. Deze gronden zijn een herhaling van wat appellante in beroep heeft aangevoerd. De rechtbank is gemotiveerd op die gronden ingegaan. Appellante heeft geen redenen aangevoerd waarom de gemotiveerde weerlegging van de betrokken gronden in de aangevallen uitspraak onjuist dat wel onvolledig is. De Raad kan zich geheel vinden in het oordeel van de rechtbank en in de overwegingen waarop dat oordeel rust.
Voor een veroordeling in de proceskosten bestaat geen aanleiding.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier Lid van de enkelvoudige kamer
(getekend) S.H.H. Slaats (getekend) W.H. Bel
Voor eensluidend afschrift
de griffier van de
Centrale Raad van Beroep