Uitspraak
OVERWEGINGEN
8 maart 2013 geen recht heeft op een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA), omdat appellante minder dan 35% arbeidsongeschikt was. Appellante werd met haar beperkingen in staat geacht de functies van soldering technician, monteuse en medewerker logistiek te vervullen. Het beroep van appellante tegen dit besluit is bij uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 6 augustus 2014 ongegrond verklaard. Appellante heeft in die uitspraak berust.
20 augustus 2014 heeft zij het spreekuur bezocht van een verzekeringsarts. Deze arts heeft appellante geschikt geacht voor twee van de drie haar eerder voorgehouden functies, namelijk monteuse en soldering technician. Vervolgens heeft het Uwv bij besluit van 20 augustus 2014 vastgesteld dat appellante per 25 augustus 2014 geen recht meer heeft op ziekengeld op grond van de Ziektewet (ZW). Het bezwaar van appellante tegen deze beslissing heeft het Uwv bij besluit van 27 januari 2015 (bestreden besluit) ongegrond verklaard. Aan het bestreden besluit ligt een rapport van een verzekeringsarts bezwaar en beroep van 23 januari 2015 ten grondslag.