ECLI:NL:CRVB:2017:4025
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring bezwaar bijstand
Op 21 november 2017 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak van appellant tegen het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven. Appellant ontving sinds 1 april 1997 bijstand op basis van de Participatiewet. In het kader van een periodieke rechtmatigheidscontrole heeft het college onderzocht of er wijzigingen waren in de situatie van appellant die invloed hadden op zijn recht op bijstand. In een brief van 13 november 2015 heeft het college meegedeeld dat de bijstand ongewijzigd werd voortgezet en dat algemene verplichtingen golden. Appellant heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar het college verklaarde dit bezwaar niet-ontvankelijk, stellende dat de brief geen besluit was in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank Oost-Brabant heeft in haar uitspraak van 9 november 2016 het beroep van appellant tegen deze niet-ontvankelijk verklaring ongegrond verklaard. Appellant ging in hoger beroep tegen deze uitspraak. De Centrale Raad van Beroep heeft de gronden van appellant in hoger beroep beoordeeld en geconcludeerd dat deze een herhaling waren van de eerder aangevoerde argumenten. De Raad heeft de motivering van de rechtbank gevolgd en vastgesteld dat de brief van 13 november 2015 geen rechtsgevolgen met zich meebracht, waardoor het college terecht het bezwaar niet-ontvankelijk had verklaard.
De Raad heeft het hoger beroep van appellant afgewezen en de aangevallen uitspraak bevestigd. Er was geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door J.T.H. Zimmerman, met S.A. de Graaff als griffier.