ECLI:NL:CRVB:2017:3900
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep in sociale zekerheidszaak
Op 24 oktober 2017 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 17/191 AOW-V. Deze uitspraak betreft een verzet dat door de appellante is ingediend tegen een eerdere beslissing van de Raad, waarin het hoger beroep niet-ontvankelijk werd verklaard. De appellante, woonachtig in Marokko, had in haar verzet geen nieuwe feiten of omstandigheden aangevoerd die zouden kunnen leiden tot de conclusie dat zij niet in verzuim was geweest. De Raad heeft vastgesteld dat er ook anderszins geen aanwijzingen waren dat de appellante niet in verzuim was. Hierdoor werd het verzet ongegrond verklaard.
De uitspraak is gedaan door de enkelvoudige kamer van de Centrale Raad van Beroep, waarbij H.C.P. Venema als voorzitter optrad en N.L. Kuipers als griffier. Tijdens de zitting was er niemand aanwezig om de appellante te vertegenwoordigen. De Raad heeft in zijn beslissing ook aangegeven dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet. De uitspraak is openbaar gedaan en is vastgelegd in een proces-verbaal, conform de artikelen 8:54 en 8:108 van de Algemene wet bestuursrecht. De uitspraak van de Raad is een bevestiging van de eerdere beslissing en benadrukt het belang van tijdige indiening van hogerberoepschriften.