ECLI:NL:CRVB:2017:2596

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
18 juli 2017
Publicatiedatum
27 juli 2017
Zaaknummer
16/3857 AKW-V
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Verzet
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tijdigheid van hoger beroep en verzet in bestuursrechtelijke procedures

Op 18 juli 2017 deed de Centrale Raad van Beroep uitspraak in de zaak met nummer 16/3857 AKW-V. Deze uitspraak volgde op een hoger beroep dat door de appellant was ingediend tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 29 december 2015. De Raad verklaarde het hoger beroep niet-ontvankelijk, omdat het hogerberoepschrift niet tijdig was ingediend. De appellant, die in Marokko woonde, diende vervolgens verzet in tegen deze beslissing. Tijdens de zitting was er niemand aanwezig om het verzet toe te lichten.

In het verzet heeft de appellant geen nieuwe feiten of omstandigheden aangevoerd die zouden kunnen rechtvaardigen dat hij niet in verzuim was. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat er geen aanleiding was om te concluderen dat de appellant niet in verzuim was geweest. De Raad heeft ook geen andere redenen gevonden om het verzet gegrond te verklaren. Daarom werd het verzet ongegrond verklaard.

De uitspraak werd gedaan door de enkelvoudige kamer van de Centrale Raad van Beroep, met T.G.M. Simons als voorzitter en D.W.M. Kaldenhoven als griffier. De Raad besloot dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet, en het proces-verbaal van de mondelinge uitspraak werd opgemaakt conform de relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht.

Uitspraak

Datum uitspraak: 18 juli 2017
16/3857 AKW-V
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak, bedoeld in de artikelen 8:55, zevende lid, en 8:108, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, in verband met het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 29 december 2015, 15/3395 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] , Marokko (appellant)
de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank
Zitting heeft: T.G.M. Simons
Griffier: D.W.M. Kaldenhoven
Ter zitting is niemand verschenen

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep verklaart het verzet ongegrond.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Bij uitspraak als bedoeld in de artikelen 8:54 en 8:108 van de Algemene wet bestuursrecht van 16 december 2016 heeft de Raad het hoger beroep van appellant tegen de aangevallen uitspraak niet-ontvankelijk verklaard omdat het hogerberoepschrift niet tijdig is ingediend.
Appellant heeft in verzet geen feiten of omstandigheden aangevoerd op grond waarvan zou moeten worden geoordeeld dat hij niet in verzuim is geweest. Ook anderszins is de Raad daarvan niet gebleken.
Voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet is geen aanleiding.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
(getekend) D.W.M. Kaldenhoven (getekend) T.G.M. Simons

KP