Uitspraak
OVERWEGINGEN
.Ook de door verzoekster gestelde nauwe samenwerking met het college brengt niet mee dat verzoekster op uitlatingen van de zijde van KplusV mocht vertrouwen. In het besluit van 9 februari 2016 is duidelijk vermeld dat de bijstand werd toegekend uiterlijk tot en met 30 juni 2016 en dat verzoekster voor verlening contact moest opnemen. Daarbij is opnieuw vermeld dat als voorwaarde geldt dat het bedrijf levensvatbaar is. Ook in eerdere toekenningsbesluiten is steeds voor zes maanden bijstand verleend. Aan de besluitvorming mocht verzoekster daarom niet het vertrouwen ontlenen dat zij gedurende 36 maanden de tijd zou krijgen om de levensvatbaarheid van haar onderneming te laten zien.