ECLI:NL:CRVB:2016:3818
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag IOAW-uitkering wegens onvolledige informatie over woonadres
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 11 oktober 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Den Haag. De appellant had een aanvraag ingediend voor een IOAW-uitkering, maar deze aanvraag werd afgewezen door het college van burgemeester en wethouders van Zoetermeer. De afwijzing was gebaseerd op het feit dat de appellant onjuiste en onvolledige informatie had verstrekt over zijn feitelijke woonadres. Tijdens een huisbezoek door medewerkers van de gemeente werd vastgesteld dat de appellant niet op het opgegeven adres verbleef, maar op verschillende andere adressen. De Raad oordeelde dat de appellant tekortgeschoten was in zijn inlichtingenverplichting, waardoor het recht op uitkering niet kon worden vastgesteld. De rechtbank had het beroep van de appellant tegen de afwijzing ongegrond verklaard, en de Centrale Raad van Beroep bevestigde deze uitspraak. De Raad benadrukte dat het aan de aanvrager is om de nodige duidelijkheid te verschaffen over zijn woon- en leefsituatie, en dat het college niet in staat was om het recht op bijstand vast te stellen door de onvolledige informatie van de appellant.