ECLI:NL:CRVB:2016:3545

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
6 september 2016
Publicatiedatum
23 september 2016
Zaaknummer
16/342 WWB-PV
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen intrekking en terugvordering van bijstandsuitkering na niet indienen van bezwaar

Op 6 september 2016 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant. De zaak betreft de intrekking en terugvordering van een bijstandsuitkering van appellant door het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven. De rechtbank had eerder geoordeeld dat appellant geen bezwaar had gemaakt tegen het besluit van 17 september 2014, waarin het college de intrekking en terugvordering had aangekondigd. Appellant had een reactieformulier geretourneerd, maar de Centrale Raad van Beroep oordeelde dat dit formulier niet als bezwaar kon worden aangemerkt. De Raad bevestigde het oordeel van de rechtbank dat het college niet kon afleiden uit het retourneren van het formulier dat appellant bezwaar wilde maken. Het besluit van 17 september 2014 bevatte een duidelijke bezwaarclausule, die appellant had moeten volgen als hij het niet eens was met de intrekking en terugvordering. De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten, en bevestigde de uitspraak van de rechtbank. De beslissing werd in het openbaar uitgesproken.

Uitspraak

16/342 WWB-PV
Datum uitspraak: 6 september 2016
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 10 december 2015, 15/2740 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] (appellant)
het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven (college)
Zitting heeft: E.C.R. Schut
Griffier: J. Tuit
Ter zitting zijn verschenen: appellant, bijgestaan door mr. M.J.E.M. Edelmann, advocaat, en het college, vertegenwoordigd door mr. J.C.N. van Dijk

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze beslissing is uitgesproken in het openbaar. Zij is gebaseerd op de volgende overwegingen:
Uitsluitend is in geschil of appellant met het retourneren van het bij het intrekkings- en terugvorderingsbesluit van 17 september 2014 gevoegde reactieformulier bezwaar heeft gemaakt tegen dit besluit. De Raad onderschrijft het oordeel van de rechtbank dat dit niet het geval is. In het besluit van 17 september 2014 is duidelijk vermeld dat het reactieformulier diende om aan te geven of en op welke wijze appellant, voordat hij een boete kreeg, aan het college wilde uitleggen waarom hij zich niet aan de inlichtingenverplichting had gehouden. Voor het geval appellant het niet eens was met het besluit tot intrekking en terugvordering van de bijstand, was in het besluit een aparte bezwaarclausule opgenomen. Anders dan appellant heeft betoogd, hoefde het college uit het enkele invullen en opsturen van het reactieformulier niet af te leiden dat appellant bezwaar wilde maken tegen het besluit tot intrekking en terugvordering. Evenmin lag het op de weg van het college om naar aanleiding van de ontvangst van het reactieformulier telefonisch contact met appellant op te nemen over de mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift.
Voor een veroordeling in de proceskosten bestaat geen aanleiding.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
(getekend) J. Tuit (getekend) E.C.R. Schut
Voor eensluidend afschrift
de griffier van de
Centrale Raad van Beroep

HD