ECLI:NL:CRVB:2016:3518

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
20 september 2016
Publicatiedatum
21 september 2016
Zaaknummer
15-7759 ANW
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake sociale verzekeringen

Op 20 september 2016 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan op het verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 23 september 2015, betreffende de sociale verzekeringen. Verzoekster, woonachtig in Marokko, had verzocht om herziening van de uitspraak waarbij haar beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam niet-ontvankelijk was verklaard vanwege het niet tijdig betalen van het griffierecht. Tijdens de zitting op 30 augustus 2016 zijn partijen niet verschenen, met uitzondering van de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb), die voorafgaand aan de zitting had bericht dat zij niet aanwezig zou zijn.

De Centrale Raad van Beroep overwoog dat op grond van artikel 8:119, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) een onherroepelijk geworden uitspraak kan worden herzien op basis van feiten en omstandigheden die vóór de uitspraak hebben plaatsgevonden, niet bekend waren bij de indiener van het verzoekschrift en die bij de bestuursrechter eerder bekend waren geweest. Verzoekster heeft echter geen nieuwe feiten of omstandigheden aangevoerd die tot een andere uitspraak zouden kunnen leiden. Haar stelling dat zij geprobeerd heeft het griffierecht per bank te voldoen, werd niet als voldoende onderbouwd beschouwd.

De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten en dat het verzoek om herziening moest worden afgewezen. De uitspraak werd gedaan door T.G.M. Simons, in aanwezigheid van N. Talhaoui als griffier, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.

Uitspraak

15/7759 ANW
Datum uitspraak: 20 september 2016
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Uitspraak op het verzoek om herziening van de uitspraak van de Raad van
23 september 2015, 14/3575 ANW-V
Partijen:
[verzoekster] te [woonplaats], Marokko (verzoekster)
de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb)
PROCESVERLOOP
Verzoekster heeft verzocht om herziening van de uitspraak van de Raad van
23 september 2015, 14/3575 ANW-V.
Het verzoek is ter behandeling aan de orde gesteld ter zitting van 30 augustus 2016, waar partijen - de Svb met voorafgaand bericht - niet zijn verschenen.

OVERWEGINGEN

1. Ingevolge artikel 8:119, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan een
onherroepelijk geworden uitspraak op verzoek van een partij worden herzien op grond van
feiten en omstandigheden die:
a. hebben plaatsgevonden vóór de uitspraak,
b. bij de indiener van het verzoekschrift vóór de uitspraak niet bekend waren en redelijkerwijs niet bekend konden zijn, en
c. waren zij bij de bestuursrechter eerder bekend geweest, tot een andere uitspraak zouden hebben kunnen leiden.
2. Bij de uitspraak van 23 september 2015 heeft de Raad in verzet geoordeeld dat het hoger
beroep van verzoekster tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 8 mei 2014,
13/2766, terecht niet-ontvankelijk is verklaard omdat het verschuldigde griffierecht niet binnen de gestelde termijn is betaald.
3. Verzoekster heeft - slechts - herhaald dat zij heeft geprobeerd het griffierecht per bank te
voldoen en dat zij toen dat niet lukte een familielid in Nederland heeft verzocht het
griffierecht voor haar te voldoen. Daarmee zijn geen feiten en omstandigheden als bedoeld
in artikel 8:119, eerste lid, van de Awb naar voren gebracht. Het verzoek om herziening moet daarom worden afgewezen.
4. Voor een veroordeling in de proceskosten is geen aanleiding.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep wijst het verzoek om herziening af.
Deze uitspraak is gedaan door T.G.M. Simons, in tegenwoordigheid van N. Talhaoui als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 20 september 2016.
(getekend) T.G.M. Simons
(getekend) N. Talhaoui
IvR
DÉCISION
La Centrale Raad van Beroep (Cour d'Appel Centrale) rejète la demande de révision.
Par conséquent, décidée par T.G.M. Simons en présence de N. Talhaoui en qualité de greffier, ainsi que prononcée en public, 20 septembre 2016.