Uitspraak
23 september 2015, 14/5385 AOW-V
23 september 2015, 14/5385 AOW-V.
Centrale Raad van Beroep
Op 20 september 2016 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 16/1711 AOW-V, waarin verzoeker, een inwoner van Marokko, verzocht om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 23 september 2015 (14/5385 AOW-V). De zaak werd behandeld tijdens een zitting op 30 augustus 2016, waarbij verzoeker werd vertegenwoordigd door S. Chtatou. De Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb) was niet vertegenwoordigd.
De Centrale Raad overwoog dat op grond van artikel 8:119, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) een onherroepelijke uitspraak kan worden herzien op verzoek van een partij, indien er nieuwe feiten of omstandigheden zijn die niet eerder bekend waren. In dit geval had verzoeker een verklaring overgelegd van de Chef d’Agence Al Barid Bank, waarin werd gesteld dat hij in een landelijk gebied woont waar de postbezorging onder verantwoordelijkheid van lokale autoriteiten valt. Deze verklaring onderbouwde echter niet de stelling van verzoeker dat hij de eerdere uitspraak niet tijdig had ontvangen.
De Centrale Raad concludeerde dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden waren die aanleiding gaven voor herziening van de eerdere uitspraak. Het verzoek om herziening werd dan ook afgewezen. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan door T.G.M. Simons, in tegenwoordigheid van griffier N. Talhaoui, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.