ECLI:NL:CRVB:2016:2451
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep wegens niet-betaling griffierecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 29 juni 2016 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellanten tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. De zaak betreft een verzet dat door appellanten is ingediend tegen een eerdere uitspraak van de Raad van 24 maart 2015, waarin het hoger beroep ongegrond werd verklaard omdat het griffierecht niet was betaald. Tijdens het verzet is gebleken dat er onregelmatigheden hebben plaatsgevonden, wat heeft geleid tot de beslissing om appellanten opnieuw de gelegenheid te geven het griffierecht te betalen. Appellanten hebben van deze gelegenheid gebruikgemaakt en het verzet is gegrond verklaard. Dit betekent dat de eerdere uitspraak van 24 maart 2015 vervalt en dat het onderzoek in de zaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond. De Raad heeft geen proceskosten toegewezen aan appellanten in verzet, en de uitspraak is gedaan door H.C.P. Venema, met D.W.M. Kaldenhoven als griffier. De beslissing is openbaar uitgesproken op 29 juni 2016.