Uitspraak
BESLISSING
GRONDEN VAN DE BESLISSING
.Van deze gelegenheid heeft appellant geen gebruik gemaakt. Ook heeft hij binnen de betalingstermijn geen beroep op betalingsonmacht gedaan.
Centrale Raad van Beroep
Op 10 mei 2016 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 14/5373 WWB-V. Deze uitspraak betreft een verzet tegen een eerdere beslissing waarbij het hoger beroep van de appellant niet-ontvankelijk was verklaard omdat het griffierecht niet was betaald. De appellant had de gelegenheid gekregen om het griffierecht alsnog te voldoen, maar heeft van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt. Tevens heeft hij binnen de gestelde termijn geen beroep op betalingsonmacht gedaan.
De uitspraak is gedaan door de enkelvoudige kamer van de Centrale Raad van Beroep, waarbij T.G.M. Simons als voorzitter fungeerde. De griffier van de zitting was N. Talhaoui. Tijdens de zitting was A. Guliker aanwezig als gemachtigde van het college van burgemeester en wethouders van Zwolle, de wederpartij in deze procedure.
De Centrale Raad van Beroep heeft in haar beslissing geconcludeerd dat het verzet ongegrond is, omdat de appellant niet heeft voldaan aan de verplichting om het griffierecht te betalen. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet. De uitspraak is op 10 mei 2016 gedaan, en de relevante wetgeving die van toepassing is, betreft de artikelen 8:54 en 8:108 van de Algemene wet bestuursrecht.