In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan over het hoger beroep van het college van burgemeester en wethouders van Valkenswaard tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant. De zaak betreft de ambtenaar S, die op 17 oktober 2011 tijdelijk was aangesteld bij de gemeente. In september 2012 werd er een kwetsende advertentie geplaatst op Marktplaats onder haar naam, wat leidde tot een onderzoek en uiteindelijk tot ontslag op basis van plichtsverzuim. De rechtbank oordeelde dat het college niet voldoende bewijs had geleverd dat S betrokken was bij de plaatsing van de advertentie, en verklaarde het beroep gegrond. Het college ging in hoger beroep, maar de Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank. De Raad oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat S de advertentie had geplaatst of daarbij betrokken was, en dat het ontslag niet evenredig was aan het plichtsverzuim dat S kon worden verweten. De Raad heeft het college opgedragen een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van S, waarbij het college ook rekening moet houden met de zwaarte van de opgelegde straf. De Raad heeft het college bovendien veroordeeld in de proceskosten van S in hoger beroep.