ECLI:NL:CRVB:2015:592
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om toelating tot de vrijwillige verzekering ANW na termijnoverschrijding
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 februari 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 8 juli 2013. De appellant, geboren in 1952, heeft in Nederland gewoond en is op 30 juli 2009 naar Marokko geremigreerd. Op 9 september 2012 heeft hij de Sociale verzekeringsbank (Svb) verzocht om toelating tot de vrijwillige verzekering voor de Algemene Nabestaandenwet (ANW). De Svb heeft deze aanvraag afgewezen op 15 november 2012, omdat appellant zijn aanvraag niet binnen één jaar na beëindiging van de verplichte verzekering had ingediend. Dit besluit is in bezwaar gehandhaafd op 6 februari 2013.
De rechtbank heeft het beroep van appellant tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard, waarbij is overwogen dat uit de door appellant overgelegde doktersverklaringen niet blijkt dat hij ten tijde van belang niet in staat was om een aanvraag in te dienen. In hoger beroep heeft appellant zijn eerdere stellingen herhaald, maar de Raad heeft geoordeeld dat de argumenten die appellant naar voren heeft gebracht niet leiden tot de conclusie dat er bijzondere omstandigheden zijn die de termijnoverschrijding zouden rechtvaardigen.
De Raad onderschrijft de overwegingen van de rechtbank en bevestigt de aangevallen uitspraak. Er zijn geen gronden voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door E.E.V. Lenos, in tegenwoordigheid van M. Crum als griffier, en is openbaar uitgesproken op 27 februari 2015.