ECLI:NL:CRVB:2015:474
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van ontheffing van arbeidsverplichtingen op basis van psychologisch advies
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 februari 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant. De appellant, die bijstand ontvangt op grond van de Wet werk en bijstand (WWB), had hoger beroep ingesteld tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Helmond. Dit college had appellant ontheven van zijn arbeidsverplichtingen voor een periode van een jaar, gebaseerd op een psychologisch rapport van M.A. Coppelmans. De rechtbank had het beroep van appellant tegen dit besluit ongegrond verklaard.
De Raad heeft vastgesteld dat het college zijn besluitvorming terecht heeft gebaseerd op het advies van de psycholoog, waarin werd geconcludeerd dat appellant lijdt aan een forse persoonlijkheidsstoornis met antisociale en narcistische trekken. Dit leidt tot structurele problemen in zijn functioneren, waardoor hij niet in staat is om te werken. De Raad oordeelt dat er geen medische of andere gegevens zijn overgelegd die de juistheid van het psychologisch advies in twijfel trekken. Daarom is er geen grond voor het oordeel dat het college niet in redelijkheid appellant voor de duur van een jaar van zijn arbeidsverplichtingen heeft kunnen ontheffen.
De uitspraak bevestigt de eerdere beslissing van de rechtbank en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.