Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
vernietigt de aangevallen uitspraak;
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 15 december 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Rotterdam. De appellant, die sinds 1997 in Nederland woont en bijstand ontvangt op grond van de Wet werk en bijstand (WWB), had een aanvraag ingediend voor bijzondere bijstand voor de kosten van een inburgeringscursus. De aanvraag werd afgewezen omdat de appellant al eerder een inburgeringscursus had gevolgd en het examen op niveau A1 had behaald. De Raad oordeelde dat de appellant niet aannemelijk had gemaakt dat het opnieuw volgen van de cursus noodzakelijk was om te slagen voor het examen op A1-niveau. De Raad stelde vast dat de appellant in strijd met de afspraken het praktijkexamen op niveau A2 had afgelegd, waarvoor hij niet geslaagd was. De Raad concludeerde dat de kosten voor de inburgeringscursus niet noodzakelijk waren en dat de eerdere uitspraak van de rechtbank niet correct was. De Raad vernietigde de aangevallen uitspraak en verklaarde het beroep gegrond, maar liet de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in stand. Tevens werd het bestuur veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de appellant, die in totaal € 1.960,- bedroegen, en het griffierecht van € 162,- moest worden vergoed.