ECLI:NL:CRVB:2015:4184
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M. Hillen
- J.F. Bandringa
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake afwijzing aanvraag algemene bijstand op basis van vermogen
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland, waarin de aanvraag voor algemene bijstand op basis van de Wet werk en bijstand (WWB) door het college van burgemeester en wethouders van Amersfoort was afgewezen. Appellanten, die sinds 2005 bijstand ontvingen na een auto-ongeluk, hadden in de periode van 2005 tot 2011 een schadevergoeding ontvangen van Achmea Schadeverzekeringen N.V. van in totaal € 150.000,-. Het college trok de bijstand per 1 november 2011 in, omdat appellanten beschikten over vermogen dat de vrij te laten grens overschreed. De rechtbank verklaarde het beroep van appellanten ongegrond, maar appellanten gingen in hoger beroep.
De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat het college ten onrechte had gesteld dat het vermogen van appellanten boven de toepasselijke grens uitsteeg. De Raad concludeerde dat het college bij de vaststelling van het vermogen van appellanten een bedrag van € 42.877,- niet in aanmerking had genomen, terwijl het totale vermogen van appellanten ten tijde van de aanvraag € 32.000,- bedroeg. Dit bedrag lag onder de grens die het college had vastgesteld. De Raad vernietigde de aangevallen uitspraak en verklaarde het beroep gegrond, waardoor het college verplicht werd om een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van appellanten. Tevens werd het college veroordeeld in de proceskosten van appellanten tot een bedrag van € 1.960,- en diende het griffierecht van € 166,- te vergoeden.