ECLI:NL:CRVB:2015:4140
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- N.J. van Vulpen-Grootjans
- Rechtspraak.nl
Ontslagbesluit en herplaatsingsverplichtingen binnen de gemeentelijke organisatie
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 24 november 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De zaak betreft het ontslag van een ambtenaar, betrokkene, die werkzaam was bij het openbaar basisonderwijs van de gemeente Hoogezand-Sappemeer. Het college van burgemeester en wethouders van Hoogezand-Sappemeer, verzoeker, had betrokkene per 1 augustus 2014 ontslag verleend op basis van artikel 4.7 van de verlengde CAO PO 2013. De rechtbank had het ontslagbesluit vernietigd, omdat verzoeker onvoldoende had aangetoond dat er geen passende functies beschikbaar waren voor betrokkene binnen de organisatie.
De voorzieningenrechter van de Centrale Raad van Beroep oordeelde dat verzoeker wel degelijk voldoende inspanningen had verricht om betrokkene te herplaatsen. Er waren geen concrete vacatures beschikbaar en de CAO verplichtte verzoeker niet om een functie te creëren. De voorzieningenrechter stelde vast dat er geen passende functies waren binnen de gemeentelijke organisatie en dat betrokkene ook geen interesse had getoond in aanvullende scholing die nodig zou zijn voor herplaatsing. De rechtbank had ten onrechte geoordeeld dat verzoeker tekort was geschoten in zijn verplichtingen.
De uitspraak van de rechtbank werd vernietigd en de rechtsgevolgen van het ontslagbesluit werden in stand gelaten. Het verzoek om een voorlopige voorziening werd afgewezen, en er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken. Deze uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van werkgevers in het kader van ontslag en herplaatsing binnen de publieke sector, evenals de noodzaak voor ambtenaren om actief deel te nemen aan hun eigen herplaatsingsmogelijkheden.