ECLI:NL:CRVB:2015:412
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Herhaalde aanvraag bijzondere bijstand; afwijzing op grond van geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden
In deze zaak gaat het om een herhaalde aanvraag voor bijzondere bijstand door appellant, die eerder op 28 maart 2012 een aanvraag indiende voor kosten van woninginrichting en duurzame gebruiksgoederen na een verhuizing. Deze aanvraag werd afgewezen door het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, omdat de verhuizing niet als medisch of sociaal noodzakelijk werd beschouwd. Appellant diende op 20 juli 2012 opnieuw een aanvraag in, waarbij hij stelde dat de verhuizing gedwongen was door een bedreiging op zijn oude adres. Het college wees deze aanvraag opnieuw af, omdat er geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden waren ten opzichte van de eerdere aanvraag.
De rechtbank Amsterdam verklaarde het beroep van appellant ongegrond, waarna appellant in hoger beroep ging. De Centrale Raad van Beroep bevestigde de uitspraak van de rechtbank. De Raad oordeelde dat appellant niet had aangetoond dat er nieuwe feiten of omstandigheden waren die de afwijzing van de aanvraag konden rechtvaardigen. De Raad stelde vast dat de aanvraag van 20 juli 2012 dezelfde kosten betrof als de eerdere aanvraag en dat de bedreiging waar appellant naar verwees al bekend was bij het college. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en bevestigde de eerdere uitspraak zonder veroordeling in proceskosten.