ECLI:NL:CRVB:2015:3290

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
23 september 2015
Publicatiedatum
29 september 2015
Zaaknummer
14/3575 ANW-V
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Verzet
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep wegens te late betaling griffierecht

Op 23 september 2015 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 14/3575 ANW-V. Deze uitspraak betreft een verzet tegen een eerdere beslissing waarbij het hoger beroep van appellante niet-ontvankelijk was verklaard omdat het griffierecht niet tijdig was betaald. De appellante, woonachtig in Marokko, had problemen ondervonden bij het betalen van het griffierecht en had een familielid in Nederland gevraagd om dit voor haar te voldoen. De Raad oordeelde echter dat appellante in het verzet geen feiten of omstandigheden had aangevoerd die rechtvaardigden dat zij niet in verzuim was geweest. De Raad benadrukte dat het de verantwoordelijkheid van appellante was om tijdig te communiceren over haar betalingsproblemen, wat zij niet had gedaan. Desondanks besloot de Raad om het te laat betaalde griffierecht van €122,- aan appellante terug te betalen. De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet. De uitspraak werd gedaan door de enkelvoudige kamer, met T.G.M. Simons als voorzitter en D.W.M. Kaldenhoven als griffier. De uitspraak werd openbaar gedaan en is vastgelegd in een proces-verbaal.

Uitspraak

Datum uitspraak: 23 september 2015
14/3575 ANW-V
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak, bedoeld in de artikelen 8:55, zevende lid, en 8:108, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, in verband met het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 8 mei 2014, 13/2766 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellante] te [woonplaats], Marokko (appellante)
de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank
Zitting heeft: T.G.M. Simons
Griffier: D.W.M. Kaldenhoven
Ter zitting is niemand verschenen

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep
  • verklaart het verzet ongegrond;
  • bepaalt dat het in hoger beroep betaalde griffierecht van €122,- door de griffier van de Centrale Raad van Beroep aan appellante wordt terugbetaald.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Bij uitspraak als bedoeld in de artikelen 8:54 en 8:108 van de Algemene wet bestuursrecht van 16 januari 2015 heeft de Raad het hoger beroep van appellante tegen de aangevallen uitspraak niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn is betaald.
In het verzetschrift heeft appellante als reden voor de te late betaling van het griffierecht aangegeven dat zij problemen heeft ondervonden om het griffierecht vanuit Marokko te betalen en dat zij een familielid in Nederland heeft verzocht het griffierecht voor haar te voldoen.
De Raad is van oordeel dat appellante in verzet geen feiten of omstandigheden heeft aangevoerd op grond waarvan zou moeten worden geoordeeld dat zij niet in verzuim is geweest. Het had op de weg van appellante gelegen de Raad tijdig te informeren dat zij betalingsproblemen ondervond. Dat heeft zij echter niet gedaan.
In de omstandigheden van dit geval ziet de Raad aanleiding om te bepalen dat het bedrag van het te laat betaalde griffierecht (€ 122,-) door de griffier van de Raad aan appellante wordt terugbetaald.
Voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet is geen aanleiding.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
(getekend) D.W.M. Kaldenhoven (getekend) T.G.M. Simons
IvR
DÉCISION
La Centrale Raad van Beroep (Cour d'Appel Centrale),
statue:
Déclare le recours non fondé
Par conséquent, décidée par T.G.M. Simons en présence de D.W.M. Kaldenhoven en qualité de greffier, ainsi que prononcée en public, le 23 septembre 2015.