ECLI:NL:CRVB:2015:2488
Centrale Raad van Beroep
- Voorlopige voorziening
- K.J. Kraan
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in hoger beroep tegen strafontslag van ambtenaar wegens plichtsverzuim
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 20 juli 2015 uitspraak gedaan over een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een hoger beroep van de Staatssecretaris van Financiën tegen een uitspraak van de rechtbank Overijssel. De rechtbank had op 19 mei 2015 het besluit van de staatssecretaris om een ambtenaar, betrokkene, per 28 februari 2014 strafontslag te verlenen, vernietigd. De rechtbank oordeelde dat de straf van ontslag niet evenredig was aan de ernst van het resterende plichtsverzuim van betrokkene. De staatssecretaris had betrokkene verweten zich schuldig te hebben gemaakt aan verschillende vormen van plichtsverzuim, waaronder het onjuist declareren van kosten en het niet bereikbaar zijn tijdens ziekteverzuim.
De voorzieningenrechter van de Centrale Raad van Beroep heeft in het kader van het verzoek om voorlopige voorziening de situatie beoordeeld. Hij concludeerde dat er een redelijke kans bestond dat de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep niet in stand zou blijven, gezien de ernst van het plichtsverzuim. De voorzieningenrechter oordeelde dat het onbereikbaar zijn tijdens ziekteverzuim en het onjuist invullen van de SAP-tijdregistratie als plichtsverzuim konden worden aangemerkt. Dit leidde tot de conclusie dat de straf van ontslag niet onevenredig was aan de ernst van de verweten gedragingen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen en de werking van de uitspraak van de rechtbank geschorst totdat op het hoger beroep was beslist. Tevens werd bepaald dat het griffierecht aan de staatssecretaris zou worden terugbetaald. Deze uitspraak benadrukt de zorgvuldigheid die vereist is bij het opleggen van disciplinaire maatregelen aan ambtenaren en de mogelijkheid om in hoger beroep een voorlopige voorziening te vragen.