ECLI:NL:CRVB:2015:1220
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep wegens niet-betaald griffierecht
Op 24 maart 2015 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 13/4841 ZVW-V. Deze uitspraak betreft een verzet tegen een eerdere beslissing waarbij het hoger beroep van de appellant niet-ontvankelijk was verklaard omdat het griffierecht niet was betaald. De appellant, die in financiële problemen verkeert en om religieuze redenen geen uitkering kan aanvragen, heeft in zijn verzetschrift aangevoerd dat hij niet in staat is het griffierecht te betalen. Tijdens de zitting was er niemand aanwezig om de appellant te vertegenwoordigen.
De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat de appellant in het verzet geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangevoerd die zouden kunnen leiden tot een andere beoordeling van zijn situatie. De Raad heeft geconcludeerd dat er geen reden is om te oordelen dat de appellant niet in verzuim is geweest. De beslissing om het verzet ongegrond te verklaren is dan ook in lijn met de eerdere uitspraak, waarin het hoger beroep niet-ontvankelijk werd verklaard.
De griffier, D.W.M. Kaldenhoven, en de voorzitter, T.G.M. Simons, hebben de uitspraak ondertekend. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet, aangezien de appellant geen nieuwe argumenten heeft gepresenteerd die de Raad zouden kunnen overtuigen van zijn standpunt.