ECLI:NL:CRVB:2014:66
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Beuker-Tilstra
- R. Kooper
- R.C. Schoemaker
- Rechtspraak.nl
Weigering van een periodieke uitkering op basis van de Algemene Oorlogsongevallenregeling
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 16 januari 2014 uitspraak gedaan over de weigering van een periodieke uitkering aan appellante op basis van de Algemene Oorlogsongevallenregeling (AOR). Appellante, geboren in 1941 in het toenmalig Nederlands-Indië, had in oktober 2007 een aanvraag ingediend voor toekenning van uitkeringen op grond van de AOR. Het bestreden besluit van de Commissie Algemene Oorlogsongevallenregeling, dat op 18 november 2010 werd genomen, wees de aanvraag af. De Commissie stelde dat de psychische klachten van appellante weliswaar als oorlogsletsel konden worden aangemerkt, maar niet in die mate dat er sprake was van arbeidsongeschiktheid volgens de AOR. De Raad oordeelde dat het bestreden besluit voldoende zorgvuldig was voorbereid en deugdelijk gemotiveerd, met inachtneming van de adviezen van geneeskundig adviseurs. Deze adviseurs concludeerden dat de psychische klachten van appellante niet tot de vereiste drempel van 10% causale invaliditeit leidden. De Raad oordeelde dat de adviezen goed onderbouwd waren en dat er geen objectieve medische gegevens waren die in een andere richting wezen. Appellante had ook aangevoerd dat zij recht had op schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn, maar de Raad concludeerde dat de procedure in twee instanties niet langer dan tweeënhalf jaar had geduurd, waardoor er geen sprake was van overschrijding. De Raad heeft het beroep ongegrond verklaard en het onderzoek heropend voor een nadere uitspraak over de schadevergoeding.