ECLI:NL:CRVB:2014:4402
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Ch. van Voorst
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de herziening van de WGA-uitkering en de medische grondslag
In deze zaak gaat het om de herziening van de WGA-uitkering van appellante, die sinds 26 mei 2006 in aanmerking kwam voor een uitkering op basis van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) vanwege lichamelijke en psychische klachten. Aanvankelijk werd haar arbeidsongeschiktheid vastgesteld op 80 tot 100%, maar na herbeoordeling in 2009 werd dit verlaagd naar 38%. In 2011 kreeg appellante een WGA-vervolguitkering op basis van een arbeidsongeschiktheid van 35 tot 45%. Appellante meldde zich op 25 januari 2012 opnieuw toegenomen arbeidsongeschikt, waarna het Uwv haar WGA-vervolguitkering per 1 september 2012 vaststelde op basis van een arbeidsongeschiktheid van 45 tot 55%. Het bezwaar van appellante tegen dit besluit werd ongegrond verklaard door het Uwv.
De rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaarde het beroep van appellante tegen het bestreden besluit ongegrond, waarbij werd overwogen dat het medisch onderzoek zorgvuldig was uitgevoerd en dat de bevindingen de conclusies van de medische rapporten konden dragen. Appellante had in beroep geen nieuwe medische informatie overgelegd om haar stelling dat zij meer beperkt was dan door het Uwv aangenomen te onderbouwen. In hoger beroep herhaalde appellante haar eerdere argumenten, maar het Uwv verzocht om bevestiging van de aangevallen uitspraak.
De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de rechtbank terecht had vastgesteld dat het medisch onderzoek zorgvuldig was en dat de conclusies van de verzekeringsarts niet onjuist waren. Appellante had geen nieuwe medische gegevens overgelegd die aanleiding gaven tot twijfel aan de juistheid van de Functionele Mogelijkheden Lijst (FML). De Raad bevestigde dat de medische geschiktheid van de geduide functies voldoende was gemotiveerd en dat de belasting in deze functies de belastbaarheid van appellante niet overschreed. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en bevestigde de aangevallen uitspraak.