ECLI:NL:CRVB:2014:439
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep inzake griffierecht
Op 14 februari 2014 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 13/4701 WWB-V. Deze uitspraak betreft een verzet dat door de appellant is ingediend tegen een eerdere uitspraak van de Raad van 19 november 2013, waarin het hoger beroep van de appellant niet-ontvankelijk was verklaard. De reden voor deze niet-ontvankelijkheid was dat het verschuldigde griffierecht niet tijdig was voldaan, binnen de gestelde termijn van vier weken na de aangetekende brief van 7 oktober 2013.
De Raad heeft echter geconstateerd dat er bijzondere omstandigheden waren die aanleiding gaven om de appellant alsnog de kans te bieden het griffierecht te voldoen. De appellant heeft van deze gelegenheid gebruik gemaakt, wat heeft geleid tot de conclusie dat het verzet gegrond is. De eerdere uitspraak van 19 november 2013 vervalt hierdoor en het onderzoek in de zaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond.
De Centrale Raad van Beroep heeft in deze uitspraak geen aanleiding gezien om de proceskosten van het verzet te veroordelen. De uitspraak is gedaan door T.G.M. Simons, in aanwezigheid van griffier D.W.M. Kaldenhoven, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum als de uitspraak.