ECLI:NL:CRVB:2014:4367
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering van bijstand op basis van niet-woning in de gemeente
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 23 december 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. De appellant ontving van 14 juli 2008 tot 12 september 2011 bijstand op grond van de Wet werk en bijstand (WWB). De Sociale Recherche Twente heeft een onderzoek ingesteld naar de rechtmatigheid van de bijstand, na een anonieme tip dat de appellant samenwoonde met een andere persoon. Op basis van de bevindingen van dit onderzoek heeft het dagelijks bestuur van de Sociale Dienst Oost Achterhoek de bijstand van de appellant ingetrokken en de gemaakte kosten teruggevorderd. De rechtbank heeft het beroep van de appellant tegen dit besluit gegrond verklaard, maar de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand gelaten.
In hoger beroep heeft de Raad de overwegingen van de rechtbank onderschreven. De Raad oordeelde dat de appellant in de periode van 1 januari 2009 tot 12 september 2011 niet zijn hoofdverblijf had in de gemeente waar hij bijstand ontving. De Raad bevestigde dat de appellant zijn inlichtingenverplichting had geschonden door niet te melden dat hij niet op het opgegeven adres woonde. Hierdoor bestond er geen recht op bijstand en was het dagelijks bestuur bevoegd om de bijstand in te trekken en de kosten terug te vorderen. De Raad heeft geen nieuwe gronden gevonden in het hoger beroep die tot een andere conclusie zouden leiden.
De uitspraak van de rechtbank is bevestigd, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De beslissing is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.