ECLI:NL:CRVB:2014:3658
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- D.J. van der Vos
- Rechtspraak.nl
Weigering van WIA-uitkering na zorgvuldig medisch onderzoek en beoordeling van beperkingen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 31 oktober 2014 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellante tegen de weigering van haar WIA-uitkering. Appellante, die eerder ziek was gemeld vanwege psychische klachten, had een aanvraag ingediend voor een WIA-uitkering na het beëindigen van haar Ziektewet-uitkering. De verzekeringsarts concludeerde dat appellante beperkingen had, maar dat zij nog geschikt was voor andere functies. Het Uwv stelde vast dat appellante geen recht had op een WIA-uitkering, wat door de rechtbank werd bevestigd. Appellante voerde in beroep aan dat haar beperkingen niet goed waren ingeschat en dat er geen gebruik was gemaakt van bepaalde protocollen. De rechtbank oordeelde echter dat de medische rapporten zorgvuldig waren opgesteld en dat de beperkingen van appellante niet waren onderschat. In hoger beroep herhaalde appellante haar gronden, maar de Raad onderschreef het oordeel van de rechtbank. De Raad concludeerde dat het bestreden besluit op een toereikende medische grondslag berustte en dat de geschiktheid van de functies voldoende was aangetoond. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd en het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen.