ECLI:NL:CRVB:2014:2965
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vernietiging uitspraak rechtbank inzake aanvraag bijzondere bijstand verhuiskosten
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 september 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord Nederland. De zaak betreft een aanvraag om bijzondere bijstand ingevolge de Wet werk en bijstand (WWB) voor verhuiskosten, specifiek de kosten van autohuur ten bedrage van € 65,-. De appellant, het college van burgemeester en wethouders van Hoogezand-Sappemeer, had de aanvraag afgewezen, omdat de kosten volgens hen niet waren gemaakt. De rechtbank had het beroep van de betrokkene gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd, omdat de appellant niet alle geclaimde kosten had betrokken in zijn besluitvorming.
De Centrale Raad van Beroep heeft echter geoordeeld dat de rechtbank niet had onderkend dat de beslissing in bezwaar enkel diende te gaan over de aanvraag voor de autohuur van € 65,-. De betrokkene had in zijn aanvraag expliciet deze kosten vermeld en had nagelaten om tijdig aanvullende kosten te claimen. De Raad oordeelde dat de appellant terecht alleen over de autohuur had beslist en dat de rechtbank in haar uitspraak een fout had gemaakt door dit niet te erkennen.
De Raad heeft de uitspraak van de rechtbank vernietigd en het beroep ongegrond verklaard. De Raad concludeerde dat de betrokkene niet aannemelijk had gemaakt dat hij de kosten van € 43,- en € 125,- had gemaakt, en dat hij de appellant daarover niet tijdig had geïnformeerd. De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke communicatie en tijdige indiening van aanvragen in het kader van bijzondere bijstand.