ECLI:NL:CRVB:2014:2445

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
18 juli 2014
Publicatiedatum
18 juli 2014
Zaaknummer
12-4830 WWB
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bijzondere bijstand en tijdstip aanvraag in relatie tot taxatiekosten

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 18 juli 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank ’s-Gravenhage. De zaak betreft de aanvraag van bijzondere bijstand door appellante voor de kosten van een taxatie van haar woning, die op 24 oktober 2011 heeft plaatsgevonden. De kosten van deze taxatie, ter hoogte van € 565,25, zijn op enig moment vóór 1 december 2011 bij appellante in rekening gebracht. De centrale vraag in deze procedure was of appellante in de gelegenheid was om eerder dan op 9 januari 2012 bijzondere bijstand aan te vragen.

De rechtbank heeft, in overeenstemming met het college van burgemeester en wethouders van Leiderdorp, geoordeeld dat appellante niet eerder dan op 9 januari 2012 in staat was om een aanvraag in te dienen. De Raad voor de Rechtspraak heeft dit oordeel onderschreven en de beroepsgronden van appellante verworpen. De Raad concludeert dat de door appellante geschetste familieomstandigheden niet voldoende zijn om te stellen dat zij in de periode tot 9 januari 2012 niet in staat was om een aanvraag in te dienen. De uitspraak van de rechtbank wordt dan ook bevestigd.

De Centrale Raad van Beroep heeft geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter T.G.M. Simons, met D.W.M. Kaldenhoven als griffier.

Uitspraak

12/4830 WWB
Datum uitspraak: 18 juli 2014
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank ’s-Gravenhage van 17 juli 2012, 12/5047 en 12/5052 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[Appellante] te [woonplaats] (appellante)
het college van burgemeester en wethouders van Leiderdorp (college)
PROCESVERLOOP
Appellante heeft hoger beroep ingesteld.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
Partijen hebben toestemming gegeven het onderzoek ter zitting achterwege te laten, waarna de Raad het onderzoek heeft gesloten.

OVERWEGINGEN

1.
Voor een overzicht van de feiten en omstandigheden die in dit geding van belang zijn, verwijst de Raad naar onderdeel 2 van de aangevallen uitspraak.
2.1.
Het geschil spitst zich toe op de vraag of appellante in de gelegenheid was om eerder dan op 9 januari 2012 bijzondere bijstand aan te vragen voor de kosten (€ 565,25) van de taxatie van haar woning op 24 oktober 2011. De rechtbank heeft, met het college, die vraag bevestigend beantwoord en de beroepsgronden van appellante verworpen.
2.2.
De Raad onderschrijft het oordeel van de rechtbank en de daaraan in de onderdelen 5.5 en 5.6 van de aangevallen uitspraak ten grondslag gelegde overwegingen. Doorslaggevend is dat de kosten van de taxatie op enig moment vóór 1 december 2011 bij appellante in rekening zijn gebracht en dat de door haar geschetste familieomstandigheden niet leiden tot de vaststelling dat zij in de periode tot 9 januari 2012 in het geheel niet in staat is geweest (alsnog) een aanvraag om bijzondere bijstand in te dienen. De aangevallen uitspraak wordt bevestigd.
2.3.
Voor een veroordeling in de proceskosten is geen aanleiding.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze uitspraak is gedaan door T.G.M. Simons, in tegenwoordigheid van
D.W.M. Kaldenhoven als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op
18 juli 2014.
(getekend) T.G.M. Simons
(getekend) D.W.M. Kaldenhoven

NK