ECLI:NL:CRVB:2014:1617
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R. Kooper
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening in hoger beroep door Erasmus Universitair Medisch Centrum Rotterdam
In deze zaak heeft de raad van bestuur van het Erasmus Universitair Medisch Centrum Rotterdam hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 10 oktober 2013. De rechtbank had in die uitspraak een besluit op bezwaar van 13 november 2012 beoordeeld. Naast het hoger beroep heeft verzoeker ook een verzoek om voorlopige voorziening ingediend. De zitting vond plaats op 6 februari 2014, waarbij verzoeker werd vertegenwoordigd door mr. Y.G.B. Coonen-ter Braak, mr. A. Nordziek en prof. dr. F.J. van Kemenade. Betrokkene, de appellant, was aanwezig met zijn advocaat mr. R.H.A. Wessel.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen verwezen naar de feiten en omstandigheden zoals weergegeven in de aangevallen uitspraak. De rechter heeft vastgesteld dat de Raad op 1 mei 2014 in een andere zaak (13/6217) het hoger beroep tegen de aangevallen uitspraak heeft vernietigd en het beroep tegen het besluit op bezwaar ongegrond heeft verklaard. Hierdoor is het belang van het verzoek om voorlopige voorziening komen te vervallen, wat betekent dat het verzoek niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
De voorzieningenrechter heeft ook geoordeeld dat er geen aanleiding is voor vergoeding van de proceskosten. De uitspraak is gedaan door R. Kooper, in tegenwoordigheid van griffier B. Rikhof, en is openbaar uitgesproken op 1 mei 2014.