ECLI:NL:CRVB:2013:CA0528
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Overschrijding van de aanmeldingstermijn voor vrijwillige verzekering ingevolge de AOW
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 mei 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft appellante, die verzocht had om toelating tot de vrijwillige verzekering ingevolge de Algemene Ouderdomswet (AOW). Appellante had haar aanvraag ingediend op 1 augustus 2011, terwijl haar verplichte verzekering op 28 oktober 2006 was geëindigd. De aanvraag werd afgewezen omdat deze niet binnen de wettelijke termijn van een jaar na het einde van de verplichte verzekering was ingediend. Appellante was niet op de hoogte van de mogelijkheid om zich vrijwillig te verzekeren en had bovendien geen inkomen om de premie te betalen. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, omdat er geen bijzondere omstandigheden waren die de overschrijding van de aanmeldtermijn verschoonbaar maakten. In hoger beroep herhaalde appellante haar argumenten, maar de Raad oordeelde dat de overschrijding van de aanmeldingstermijn niet aan appellante kon worden vergeven. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarbij werd vastgesteld dat appellante niet voldeed aan de wettelijke voorwaarden voor toelating tot de vrijwillige verzekering. De Raad oordeelde dat onbekendheid met de wet en financiële problemen geen grond vormen voor het niet naleven van de aanmeldtermijn. De uitspraak werd gedaan in het openbaar, met de griffier D. Heeremans aanwezig.