ECLI:NL:CRVB:2013:BZ4846
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep wegens te late indiening
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 20 maart 2013 uitspraak gedaan in het verzet van appellante A. te B. tegen de niet-ontvankelijk verklaring van haar hoger beroep. Het hogerberoepschrift was niet tijdig ingediend, aangezien de laatste dag voor indiening 20 september 2012 was, terwijl het hogerberoepschrift gedateerd was op 26 september 2012 en pas op 2 oktober 2012 door de Raad was ontvangen. De Raad oordeelde dat appellante redelijkerwijs niet in verzuim was geweest, maar dat zij zelf verantwoordelijk was voor het tijdig indienen van het hogerberoepschrift. De Raad merkte op dat de uitspraak van de rechtbank Leeuwarden, waartegen het hoger beroep was ingesteld, duidelijk vermeldde dat het beroep ongegrond was verklaard. Appellante had de mogelijkheid om zich te laten bijstaan door een (rechts)hulpverlener, vooral omdat zij aangaf dat de uitspraak voor haar moeilijk leesbaar was. De Raad concludeerde dat de gevolgen van het niet correct lezen van de uitspraak voor risico van appellante kwamen.
De uitspraak van de Raad van 21 november 2012, waartegen het verzet was ingesteld, werd bevestigd. De Raad verklaarde het verzet ongegrond en er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet. De uitspraak werd gedaan door T.G.M. Simons, in tegenwoordigheid van D.W.M. Kaldenhoven als griffier, en werd openbaar uitgesproken op 20 maart 2013.