ECLI:NL:CRVB:2013:BZ1002

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
7 februari 2013
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
12/1865 WIA-V
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Verzet
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring wegens termijnoverschrijding in WIA-V zaak

In deze zaak, behandeld door de Centrale Raad van Beroep op 7 februari 2013, ging het om een verzet tegen een eerdere uitspraak waarbij het hoger beroep van appellante niet-ontvankelijk was verklaard wegens termijnoverschrijding. De appellante, vertegenwoordigd door P.A. Gijsbers, had nieuwe medische informatie overgelegd die relevant was voor de beoordeling van de termijnoverschrijding. De Raad oordeelde dat deze nieuwe informatie de termijnoverschrijding niet aan appellante kon worden verweten. Dit leidde tot de conclusie dat het verzet gegrond was. De uitspraak van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 10 februari 2012, waartegen het hoger beroep was ingesteld, werd in dit proces als de aangevallen uitspraak aangeduid. De Centrale Raad van Beroep verklaarde het verzet gegrond, waarmee de eerdere niet-ontvankelijk verklaring werd herzien. Appellante deed geen aanspraak op vergoeding van proceskosten in verband met het verzet. De uitspraak werd vastgelegd in een proces-verbaal, ondertekend door de griffier D.W.M. Kaldenhoven en de voorzitter T.G.M. Simons.

Uitspraak

12/1865 WIA-V
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak, bedoeld in artikel 8:55, vijfde lid, van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 21 van de Beroepswet, in verband met het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank 's-Hertogenbosch van 10 februari 2012, 08/2694 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[A. te B.]
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
Zitting heeft: T.G.M. Simons
Griffier: D.W.M. Kaldenhoven
Ter zitting zijn verschenen: appellante, bijgestaan door P.A. Gijsbers
BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep verklaart het verzet gegrond.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
Bij uitspraak als bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 21 van de Beroepswet van 27 juli 2012 heeft de Raad het door appellante ingestelde hoger beroep tegen de aangevallen uitspraak niet-ontvankelijk verklaard omdat het hogerberoepschrift niet tijdig is ingediend.
Gelet op de ter zitting door appellante overgelegde nieuwe medische informatie is de Raad
- thans - van oordeel dat de termijnoverschrijding appellante niet kan worden verweten.
Appellante heeft ter zitting verklaard geen aanspraak te maken op vergoeding van de proceskosten van het verzet.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
(getekend) D.W.M. Kaldenhoven
(getekend) T.G.M. Simons
IvR