ECLI:NL:CRVB:2013:BY8297
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet ongegrond wegens niet-betaling griffierecht in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 11 januari 2013 uitspraak gedaan in het verzet van appellante A. te B. tegen een eerdere uitspraak van de Raad van 29 augustus 2012. De Raad had het hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht van 13 april 2012 niet-ontvankelijk verklaard, omdat het verschuldigde griffierecht niet tijdig was betaald. Appellante had verzet aangetekend, maar is niet verschenen op de zitting van 13 december 2012. De Raad had appellante eerder de gelegenheid gegeven om bijzondere bijstand aan te vragen voor het griffierecht, maar hierop heeft zij niet gereageerd. In het verzetschrift heeft appellante geen verklaring gegeven voor het niet ondernemen van actie. De Raad oordeelde dat het verzet ongegrond was, omdat appellante in verzuim was en er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan door T.G.M. Simons, in aanwezigheid van griffier D.W.M. Kaldenhoven, en werd openbaar uitgesproken op 11 januari 2013.