ECLI:NL:CRVB:2013:970
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.W. Schuttel
- E.J. Govaers
- C.C.W. Lange
- Rechtspraak.nl
Weigering WAO-uitkering met toepassing van artikel 43a WAO
In deze zaak gaat het om de weigering van een WAO-uitkering aan appellante, die sinds 1992 een uitkering ontving wegens psychische klachten. De uitkering was aanvankelijk vastgesteld op 80 tot 100% arbeidsongeschiktheid, maar werd in 1996 verlaagd naar 45 tot 55%. In 2006 trok het Uwv de uitkering in, wat leidde tot een reeks juridische procedures. De rechtbank had eerder het beroep van appellante ongegrond verklaard, en deze uitspraak werd in hoger beroep bevestigd door de Centrale Raad van Beroep.
De Raad oordeelde dat er geen toegenomen beperkingen waren ten opzichte van de eerdere beoordeling die leidde tot de intrekking van de uitkering. Appellante had in hoger beroep aangevoerd dat haar psychische beperkingen waren toegenomen, maar de Raad vond dat deze argumenten in wezen een herhaling waren van eerdere gronden. De rechtbank had vastgesteld dat de verzekeringsartsen de gezondheidstoestand van appellante correct hadden ingeschat, en dat er geen objectieve medische gegevens waren die de claims van appellante ondersteunden.
De Raad concludeerde dat de eerdere oordelen van de rechtbank en de verzekeringsartsen juist waren en dat er geen aanleiding was voor een onafhankelijke medische deskundige. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werden geen proceskosten aan de zijde van appellante toegewezen. De uitspraak werd openbaar gedaan op 12 juli 2013.