ECLI:NL:CRVB:2013:2897
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- T.G.M. Simons
- H.C.P. Venema
- W. van den Brink
- Rechtspraak.nl
Compensatie van reistijd voor ambtenaren binnen de Voedsel- en Warenautoriteit
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 13 december 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad. De zaak betreft de vraag of de Minister van Economische Zaken terecht een verzoek van een ambtenaar om compensatie van reistijd heeft afgewezen. De Raad oordeelt dat de Minister niet voldoende rekening heeft gehouden met de ongelijke behandeling van verschillende groepen medewerkers binnen de Voedsel- en Warenautoriteit (VWA) en dat er geen rechtvaardiging is voor het onderscheid in behandeling. De Raad stelt vast dat er voor de periode van 1 januari 2006 tot 1 januari 2012 geen uniforme reisregeling was voor alle medewerkers van de VWA, wat heeft geleid tot een ongelijkwaardige situatie. De rechtbank had eerder het bestreden besluit van de Minister vernietigd en de Minister opgedragen een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen. De Raad bevestigt deze beslissing, maar verduidelijkt dat de compensatie voor de ongelijke behandeling moet worden verleend over de periode van 15 februari 2007 tot 1 januari 2012. De Raad kan zelf niet in de zaak voorzien en draagt de Minister op om een nieuwe beslissing te nemen, waarbij de uitgangspunten voor de compensatie duidelijk moeten worden vermeld. De uitspraak benadrukt het belang van gelijke behandeling van ambtenaren en de noodzaak voor een duidelijke regeling met betrekking tot werktijd en reistijd.