ECLI:NL:CRVB:2013:2379
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens termijnoverschrijding bij betaling griffierecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 12 november 2013 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen het college van burgemeester en wethouders van Groningen. Het hoger beroep was ingesteld tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 5 juli 2013. De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat appellant niet tijdig het verschuldigde griffierecht van € 118,- heeft betaald. Appellant was herhaaldelijk gewezen op de verplichting om het griffierecht binnen de gestelde termijnen te voldoen, maar heeft dit nagelaten. De Raad oordeelde dat er geen reden was om aan te nemen dat appellant niet in verzuim was en verklaarde het hoger beroep kennelijk niet-ontvankelijk. De uitspraak is gedaan door E.C.R. Schut, in tegenwoordigheid van griffier E.R. Flore, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak staat voor belanghebbenden en het bestuursorgaan de mogelijkheid open om binnen zes weken schriftelijk verzet aan te tekenen.