ECLI:NL:CRVB:2013:2226
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijstand wegens onvoldoende inzicht in financiële situatie
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 29 oktober 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de voorzieningenrechter van de rechtbank ’s-Gravenhage. De appellanten, een echtpaar, hadden een aanvraag voor bijstand ingediend, nadat hun eerdere bijstandsverlening was ingetrokken en teruggevorderd vanwege het niet voldoen aan de inlichtingenverplichting. De Raad oordeelde dat de appellanten onvoldoende bewijs hadden geleverd van hun bijstandsbehoevendheid. Ze hadden geen inzicht gegeven in hun financiële situatie en niet aangetoond dat er sprake was van een wijziging van omstandigheden die recht op bijstand zou kunnen opleveren. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarin het beroep van de appellanten tegen de afwijzing van hun aanvraag ongegrond was verklaard. De Raad benadrukte dat de bewijslast voor bijstandsbehoevendheid bij de aanvrager ligt en dat het college terecht had gesteld dat appellanten niet voldoende informatie hadden verstrekt. De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep bevestigt dat de appellanten niet aannemelijk hebben gemaakt dat zij in bijstandsbehoevende omstandigheden verkeerden, waardoor het recht op bijstand niet kon worden vastgesteld.