ECLI:NL:CRVB:2013:1242

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
23 juli 2013
Publicatiedatum
31 juli 2013
Zaaknummer
12-5027 WIA-V
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Verzet
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep inzake WIA-V

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 23 juli 2013 uitspraak gedaan in het verzet tegen een eerdere beslissing. Het verzet was ingesteld door de appellant, vertegenwoordigd door mr. S.T. Dieters, advocaat. De zaak betreft een hoger beroep tegen een uitspraak van de rechtbank Groningen van 3 september 2012, waarin het hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard omdat de gronden niet tijdig waren ingediend. De Centrale Raad heeft vastgesteld dat de appellant niet voldoende bewijs heeft geleverd dat de gronden van het hoger beroep daadwerkelijk zijn verzonden. Het bij het verzetschrift gevoegde rapport, dat een schermprint bevatte, toonde enkel aan dat de opmaak van een document had plaatsgevonden, maar niet dat het document daadwerkelijk was verzonden. Hierdoor kon de Centrale Raad niet concluderen dat de gronden tijdig waren ingediend. De Raad heeft het verzet ongegrond verklaard en er was geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan door de enkelvoudige kamer, met T.G.M. Simons als voorzitter en D.W.M. Kaldenhoven als griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt op 1 augustus 2013.

Uitspraak

12/5027 WIA-V
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak, bedoeld in artikel 8:55, vijfde lid, van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 21 van de Beroepswet, in verband met het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Groningen van 3 september 2012, 11/1232 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] (appellant)
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
Zitting heeft: T.G.M. Simons
Griffier: D.W.M. Kaldenhoven
Ter zitting is niemand verschenen.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep verklaart het verzet ongegrond.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Bij uitspraak als bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 21 van de Beroepswet van 6 februari 2013 heeft de Raad het namens appellant door mr. S.T. Dieters, advocaat, ingestelde hoger beroep tegen de aangevallen uitspraak niet-ontvankelijk verklaard omdat de gronden van het hoger beroep niet tijdig zijn ingediend.
De Raad is van oordeel dat met het door mr. Dieters bij het verzetschrift gevoegde rapport betreffende de opmaak en verzending (een schermprint) niet aannemelijk is gemaakt dat verzending van de gronden van het hoger beroep daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. Uit het rapport blijkt niet meer dan dat de definitieve opmaak van een document met de aanduiding “gronden CRvB 121106” heeft plaatsgevonden. Dat het document vervolgens ter verzending is aangeboden blijkt daaruit dus niet.
Voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet is geen aanleiding.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
(getekend) D.W.M. Kaldenhoven (getekend) T.G.M. Simons

CVG