ECLI:NL:CRVB:2012:BX4916
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep in WAO-zaken
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 augustus 2012 uitspraak gedaan in het verzet van appellant tegen de niet-ontvankelijk verklaring van zijn hoger beroep. De appellant, woonachtig in Marokko, had eerder een hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 8 juni 2011. De Raad had op 24 februari 2012 het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard, omdat het niet tijdig was ingediend. Appellant heeft vervolgens verzet aangetekend, maar heeft geen nieuwe feiten of omstandigheden aangevoerd die de Raad zouden kunnen overtuigen van een andere uitkomst. Tijdens de zitting op 2 augustus 2012 zijn partijen niet verschenen, en het Uwv had voorafgaand aan de zitting bericht gedaan van niet-verschijnen. De Raad heeft vastgesteld dat de laatste dag voor het indienen van het hogerberoepschrift 1 augustus 2011 was, en dat appellant geen bewijs heeft geleverd van tijdige indiening. De Raad heeft geconcludeerd dat het verzet ongegrond is, omdat appellant niet heeft aangetoond dat de eerdere uitspraak onjuist was. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.