ECLI:NL:CRVB:2012:BX4912
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van verzet wegens termijnoverschrijding in sociale zekerheidszaak
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 augustus 2012 uitspraak gedaan over het verzet van een appellant tegen een eerdere uitspraak van de Raad van 9 december 2011. De appellant had hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 17 maart 2011, maar zijn hoger beroep werd niet-ontvankelijk verklaard. Hierop heeft de appellant verzet aangetekend, dat ter zitting van 2 augustus 2012 werd behandeld. De Raad moest allereerst de ontvankelijkheid van het verzet beoordelen.
De Raad constateerde dat de termijn voor het indienen van het verzetschrift was overschreden. De laatste dag waarop het verzetschrift tijdig kon worden ingediend was 20 januari 2012, maar het verzetschrift was pas op 2 februari 2012 ontvangen. De appellant had weliswaar een verzetschrift gedateerd op 19 januari 2012 ingediend, maar de enveloppe droeg een poststempel van 26 januari 2012. De Raad heeft de appellant gevraagd naar de reden van de termijnoverschrijding, maar hierop ontving hij geen reactie.
Aangezien er geen feiten of omstandigheden zijn gebleken die de termijnoverschrijding verschoonbaar maakten, heeft de Centrale Raad van Beroep het verzet niet-ontvankelijk verklaard. De Raad heeft geen aanleiding gezien om de proceskosten te veroordelen. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter T.G.M. Simons en griffier D.W.M. Kaldenhoven.