ECLI:NL:CRVB:2012:BX1251
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A. Beuker-Tilstra
- M.C. Nijholt
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag om gelijkstelling met vervolgde in het kader van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers
In deze zaak heeft appellante, geboren uit ouders die niet gehuwd waren, een aanvraag ingediend om gelijkgesteld te worden met vervolgde in het kader van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers (Wuv). De aanvraag was gebaseerd op de internering en het ombrengen van haar vader door de Japanse bezetter in de Tweede Wereldoorlog. De Centrale Raad van Beroep heeft op 12 juli 2012 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij het beroep van appellante ongegrond werd verklaard.
De Raad heeft vastgesteld dat appellante bij haar geboorte de Indonesische nationaliteit van haar moeder heeft verkregen, omdat haar ouders niet gehuwd waren en haar vader haar nooit heeft erkend. Dit betekent dat appellante nooit de Nederlandse nationaliteit heeft gehad en derhalve geen aanspraken kan ontlenen aan de Wuv. De Raad heeft de verklaringen van familieleden in overweging genomen, maar concludeert dat de erkenning van appellante door haar vader niet heeft plaatsgevonden, wat cruciaal is voor de beoordeling van haar aanvraag.
De uitspraak benadrukt dat, ondanks de bevestiging van de vaderlijke relatie, de juridische status van appellante als niet-erkende dochter van haar vader haar uitsluit van de rechten die voortvloeien uit de Wuv. De Raad heeft geen aanleiding gezien om de proceskosten te veroordelen, en de beslissing is openbaar uitgesproken op dezelfde datum als de uitspraak.