ECLI:NL:CRVB:2012:BW8948
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Beuker-Tilstra
- R. Kooper
- B.J. van der Griend
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag financiële tegemoetkoming voor therapeutische overwintering in Zuid-Europa
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 14 juni 2012 uitspraak gedaan over de afwijzing van een aanvraag voor een financiële tegemoetkoming ten behoeve van therapeutische overwintering in Zuid-Europa door appellant, een erkend burger-oorlogsslachtoffer. Appellant had in september 2010 een aanvraag ingediend, die op 18 oktober 2010 werd afgewezen. Deze afwijzing werd na bezwaar gehandhaafd in het bestreden besluit van 14 december 2010. Appellant stelde dat de progressief verlopende ziektes van zijn echtgenote een negatieve invloed hebben op zijn psychische klachten, en dat overwinteren in een milder klimaat heilzaam zou zijn voor hen beiden. De Raad van Bestuur van de Sociale Verzekeringsbank, als verweerder, voerde echter aan dat er geen medische noodzaak was voor het verblijf in Zuid-Europa, en dat de criteria voor dergelijke voorzieningen streng zijn.
De Raad overwoog dat de geneeskundig adviseurs, A.J. Maas en G.L.G. Kho, hadden geconcludeerd dat er geen medische noodzaak was voor appellant om in Zuid-Europa te verblijven. Hoewel het verblijf in een warm klimaat mogelijk een gunstige invloed heeft op de psyche van appellant, voldeed dit niet aan de eisen voor een medische noodzaak volgens de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945 (Wubo). De Raad oordeelde dat de financiële situatie van appellant en de gezondheidstoestand van zijn echtgenote geen rol konden spelen in de beoordeling van de aanvraag.
Uiteindelijk verklaarde de Centrale Raad van Beroep het beroep van appellant ongegrond, zonder aanleiding te zien voor vergoeding van proceskosten. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, met A. Beuker-Tilstra als voorzitter, en de leden R. Kooper en B.J. van der Griend, in aanwezigheid van griffier M.C. Nijholt.