ECLI:NL:CRVB:2012:BW8651

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
7 juni 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
11-888 WUV
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen besluit van de Raad van Bestuur van de Sociale verzekeringsbank inzake de hoogte van de invordering op basis van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945

In deze zaak heeft appellante, geboren in 1919 in het voormalige Nederlands-Indië, beroep ingesteld tegen een besluit van de Raad van Bestuur van de Sociale verzekeringsbank. Dit besluit, gedateerd 30 november 2010, betreft de toepassing van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 (Wuv) en de hoogte van de invordering van een te veel betaalde uitkering. Appellante ontving een uitkering die was verminderd tot Rp. 1.554.313,- per maand na een herziening op basis van haar pensioen. De Sociale verzekeringsbank heeft een bedrag van Rp. 41.195.709,- teruggevorderd, wat leidde tot een inhouding op de uitkering van Rp. 1.000.000,- per maand. Na bezwaar van de zoon van appellante is deze inhouding verlaagd naar Rp. 700.000,- per maand.

De Centrale Raad van Beroep heeft op 7 juni 2012 uitspraak gedaan. Tijdens de zitting op 26 april 2012 was appellante niet aanwezig, maar werd de verweerder vertegenwoordigd door mr. G.E. Eind. De Raad heeft vastgesteld dat de hoogte van de invordering is bepaald op basis van richtlijnen en een financieel onderzoek. Het aflossingsbedrag is vastgesteld zodat appellante voldoende middelen overhoudt voor haar maandelijkse uitgaven en het totaal verschuldigde bedrag in 48 maanden kan worden afgelost. De Raad heeft geen aanleiding gezien om het besluit van de Sociale verzekeringsbank in rechte aan te tasten, ondanks de slechte geestelijke conditie van appellante en haar armlastige woonsituatie.

De Raad heeft het beroep van appellante ongegrond verklaard en geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is openbaar gedaan op 7 juni 2012.

Uitspraak

11/888 WUV
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Uitspraak in het geding tussen
Partijen:
[appellante] te [woonplaats] (Indonesië) (appellante)
de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (verweerder)
Datum uitspraak: 7 juni 2012
PROCESVERLOOP
In verband met een wijziging van taken, zoals neergelegd in de Wet uitvoering wetten voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen (Wet van 15 april 2010, Stb. 2010, 182), is in deze zaak de Raad van Bestuur van de Sociale verzekeringsbank in de plaats getreden van de Raadskamer WUV van de Pensioen- en Uitkeringsraad (PUR). Waar in deze uitspraak wordt gesproken van verweerder wordt daaronder in voorkomend geval (mede) verstaan de - voormalige - Raadskamer WUV van de PUR.
Appellante heeft beroep ingesteld tegen een besluit van verweerder van 30 november 2010, kenmerk BZ01195482, (bestreden besluit). Dit betreft de toepassing van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 (Wuv).
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 26 april 2012, waar appellante niet is verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. G.E. Eind.
OVERWEGINGEN
1. In dit geding zijn de volgende feiten en omstandigheden van belang.
1.1. Appellante, geboren in 1919 in het voormalige Nederlands-Indië, is uitkeringsgerechtigde als nagelaten betrekking op grond van de Wuv. Nadat uit een inlichtingenformulier is gebleken dat appellante pensioen geniet, hetgeen is bevestigd na huisbezoek, is bij besluit van 16 september 2009 de uitkering verminderd tot Rp. 1.554.313,- (€ 125,46) per maand. De uitkering is herzien over de periode 2004 tot en met 2007. Over 2008 is de uitkering definitief berekend en per januari 2009 is de uitkering opnieuw vastgesteld. Bij besluit van 11 maart 2010 is een bedrag van in totaal Rp 41.195.709,- (€ 3.325,14) van appellante teruggevorderd, zijnde het te veel betaalde bedrag aan uitkering over de periode van 2004 tot maart 2010. Maandelijks zal Rp. 1.000.000,- op de uitkering worden ingehouden, zodat een uitkering resteert van Rp. 469.895,- (€ 37,93) per maand.
1.2. Nadat de zoon van appellante er in bezwaar op heeft gewezen dat zijn moeder door deze inhouding onvoldoende middelen van bestaan overhoudt en hij ook geen vast werk heeft, is de inhouding bij het bestreden besluit nader bepaald op Rp. 700.000,- (€ 56.50).
2. Naar aanleiding van hetgeen partijen in beroep naar voren hebben gebracht overweegt de Raad als volgt.
2.1. Het geschil is beperkt tot de hoogte van de invordering. De hoogte hiervan is bepaald met inachtneming van de hiervoor geldende richtlijnen en na een financieel onderzoek door een medewerker van de Nederlandse Ambassade in Jakarta. Het aflossingsbedrag is zodanig bepaald dat appellante voldoende overhoudt om haar maandelijkse uitgaven te betalen en zij het totaal verschuldigde bedrag in 48 maanden zal aflossen. De Raad ziet in hetgeen in beroep naar voren is gebracht geen aanleiding om dit besluit in rechte aan te tasten.
2.2. Wel is op grond van de beschikbare gedingstukken duidelijk dat appellante geestelijk in slechte conditie is en dat zij geen enkel besef had van haar financiële situatie en dat ook de zoon bij wie appellante inwoont hiervan niet goed op de hoogte was. Ook is duidelijk dat appellante inwoont bij haar zoon en 9 kleinkinderen onder zeer armlastige omstandigheden. Wellicht vormt een en ander aanleiding voor verweerder om appellante het restant van haar schuld kwijt te schelden als daarom namens haar wordt verzocht.
3. Gezien het vorenstaande dient het beroep van appellante ongegrond te worden verklaard.
4. De Raad ziet ten slotte geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door A. Beuker-Tilstra, in tegenwoordigheid van
E. Heemsbergen als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 7 juni 2012.
(get.) A. Beuker-Tilstra.
(get.) E. Heemsbergen.
HD