ECLI:NL:CRVB:2012:BW5842
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.W. Schuttel
- C.C.W. Lange
- D.J. van der Vos
- Rechtspraak.nl
Herziening en terugvordering van toeslag met betrekking tot de Toeslagenwet en ontvankelijkheid van bezwaar
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 16 november 2010. Appellant had een toeslag op basis van de Toeslagenwet (TW) ontvangen, maar deze werd door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) herzien en gedeeltelijk teruggevorderd. Appellant maakte bezwaar tegen deze besluiten, maar het Uwv verklaarde het bezwaar niet-ontvankelijk vanwege termijnoverschrijding. De rechtbank oordeelde dat het Uwv ten onrechte het bezwaar ontvankelijk had geacht en verklaarde het bezwaar tegen de besluiten van 15 september 2009 niet-ontvankelijk. Appellant ging in hoger beroep tegen deze uitspraak.
De Centrale Raad van Beroep bevestigde de uitspraak van de rechtbank. De Raad oordeelde dat de rechtbank terecht de ontvankelijkheid van het bezwaar had beoordeeld, aangezien dit een kwestie van openbare orde betreft. De Raad nam de overwegingen van de rechtbank over en concludeerde dat het bezwaar van appellant tegen de besluiten van 15 september 2009 niet-ontvankelijk was. De Raad oordeelde dat er geen verschoonbare termijnoverschrijding was, aangezien appellant had moeten voorzien dat zijn post tijdens zijn afwezigheid behandeld zou worden. De beslissing van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.
De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer van de Centrale Raad van Beroep, met J.W. Schuttel als voorzitter en C.C.W. Lange en D.J. van der Vos als leden. De uitspraak vond plaats op 11 mei 2012.