ECLI:NL:CRVB:2011:BQ9016
Centrale Raad van Beroep
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Beuker-Tilstra
- R. Kooper
- G.L.M.J. Stevens
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van bezwaar tegen besluit inzake nabestaandenpensioen APPA
In deze zaak heeft appellant, een voormalig lid van de Tweede Kamer, bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Gravenhage, waarin zijn aanvraag voor nabestaandenpensioen op grond van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (APPA) werd afgewezen. De Raad voor de Rechtspraak heeft op 9 juni 2011 uitspraak gedaan. Appellant had eerder, in 2009, een aanvraag ingediend voor nabestaandenpensioen, maar het college had deze afgewezen op basis van het feit dat appellant en zijn partner volgens de gemeentelijke basisadministratie niet op hetzelfde adres woonden. Appellant heeft vervolgens bezwaar gemaakt tegen het besluit van 28 oktober 2009, waarin hem ouderdomspensioen werd toegekend, maar het bezwaar werd ongegrond verklaard.
De Raad overweegt dat het bezwaarschrift van appellant te laat is ingediend, ver na de termijn van zes weken zoals voorgeschreven in artikel 6:7 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Appellant heeft aangevoerd dat hij pas later informatie is gaan inwinnen, maar de Raad oordeelt dat dit geen verschoonbare termijnoverschrijding oplevert. Appellant had tijdig een bezwaarschrift kunnen indienen en dit later aanvullen. De Raad komt tot de conclusie dat het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard had moeten worden, en vernietigt het bestreden besluit van het college.
De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep is gedaan door een meervoudige kamer, met A. Beuker-Tilstra als voorzitter en R. Kooper en G.L.M.J. Stevens als leden. De beslissing is openbaar uitgesproken op 9 juni 2011. De Raad heeft geen proceskosten voor vergoeding vastgesteld, aangezien er geen aanleiding voor was.