ECLI:NL:CRVB:2011:BQ0130
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep inzake griffierecht
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 31 maart 2011 uitspraak gedaan in het verzet van appellante tegen een eerdere uitspraak van 24 januari 2011. In die eerdere uitspraak was het hoger beroep van appellante niet-ontvankelijk verklaard omdat het verschuldigde griffierecht na de gestelde termijn was betaald. Appellante, vertegenwoordigd door mr. J.H.F. de Jong, heeft verzet aangetekend tegen deze beslissing. De Raad heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat het griffierecht op de laatste dag van de termijn ter griffie van de Raad is gestort. Dit leidde tot de conclusie dat appellante niet in verzuim was en dat het verzet gegrond verklaard moest worden. De eerdere uitspraak van 24 januari 2011 vervalt, en het onderzoek wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond. De Raad heeft geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten van het verzet uit te spreken.